Irritant

5 maart 2013 - Delft, Nederland

Lieve toekomstige Ik,

“Je lokt het zelf uit!”. Zucht. Ik hoor het mam nog zeggen en ja, natuurlijk heeft ze gelijk. Het meest vervelende eraan is dat het volgens plan is, mijn eigen plan, en juist dat maakt het zo wrang. Ik ken mijzelf in sommige aspecten te goed. Als je schrijft over de voorbereidingen van een prachtige reis, iets waar de meeste mensen alleen over dromen, dan gaat iedereen er ook naar vragen. En dat vind ik dus irritant. Ik kan het niet ontkennen, het is gewoon zo. Natuurlijk voelt het als een warm bad als iemand enthousiast is en ik vind het ook superleuk om er over te praten. Maar toch geeft het me een onbehaaglijk gevoel, want de gesprekken gaan vaak over twee dingen: wat heb je al gedaan en waar ga je naar toe?

De chaoot in mij wil helemaal geen plannen uitvoeren en de eeuwig vrije nennie, die in mijn kerncellen huist, wil al helemaal niet weten wat de toekomst gaat brengen. Hoezo uitstippelen waar ik naar toe ga? Het is niet geheel toevallig dat mijn reis van Alaska naar Florida voert, dat zijn de enige twee staten in Amerika waar ik Frits Bom’s vlaggetje feilloos weet in te prikken. Voor de rest heb ik geen enkel idee welke plaats of nationaal park waar ligt in de USA of Canada. Ik weet vaak alleen van het bestaan doordat ik voor de film uit Las Vegas weg moet gaan, voor forensisch onderzoek in New York moet zijn of zingend me bij een hotel in California moet melden. Niet echt een kenner dus en dat wil ik vooral zo blijven. Pas na mijn reis treed ik toe tot het illustere gezelschap van de Amerikadeskundigen, met hopelijk prachtige en smeuïge anekdotes om iedereen gek mee te maken.

Al besef ik wel dat ik toch iets van voorkennis moet opdoen over het volk en land dat ik straks ga treffen. En natuurlijk moet ik steeds vinkjes zetten op mijn digitale “papieren” to do list. Et voila, daarom werkt mijn masterplan zo goed! Want iedereen die aan mij vraagt hoe het er voor staat, helpt mee om mij – ondanks mijn chaotische en vrije nenniegeestjes – voor te bereiden op het avontuur.

Wat ook helpt, is het lezen van mijn Adventure Motorcycling Handbook. Van de 270 pagina’s aan fantastische tips, heb ik er tot zover 20 tot mij mogen nemen. Klein detail dat ik het boek al 8 maanden in mijn bezit heb en dat ik deze lectuur normaal gesproken pas in het vliegtuig open sla. Supertrots dus, ik maak echt vorderingen! Gelukkig staat er in dat de door mij aangeschafte motor, ook een goede keuze is. Altijd handig om achteraf te weten. Kan ik met nog meer plezier naar het gele wespje kijken op mijn bureaublad. Intussen huppel ik vrolijk door mijn huisje heen, omdat ik zojuist mijzelf 70 euro per maand op opslaghuur heb weten te besparen. Maar het huppelen stijgt tot heuse sprongen door de extra bonus erbij: een verhuisbus met twee sterke (en jonge) mannen erbij. En nu sta ik aan de vooravond van het aanvragen van een visum voor Amerika. Dat schijnt ook zo’n geweldige ervaring te zijn. Ik heb er zin in!